Opnamen voor 'Het zout in de pap' VARA, Bergen, 8 september 1980.
Lucebert zegt de volgende gedichten:
Chili-Allende (Oogsten);
Gedicht (onvolledig!) (VG 155);
Poëzie is kinderspel (VG 331);
Het lied van de tegennatuurlijke overeenkomst (VG 502);
Intro I;
Berceuse (Oogsten);
Dat ben jij (Oogsten);
Het lezen wordt onderbroken door een kort gesprek tussen Lucebert en Ries Moonen.
Nachtelijke arbeid (Oogsten);
De indigo eter (Oogsten);
De staat van eendracht (Oogsten);
Van grote en kleine vogels (Oogsten);
Morgen de hele wereld (VG 524);
Er is een ik en er is daarin een naam (VG 57);
Mijn duivenglans (VG 132);
Het begin (VG 185);
Het woord (VG 532).Luister ook CD 32 en CD 37.